Aanleiding en doel
Het beekdal van de Tongelreep ligt globaal tussen Achelse Kluis en Valkenswaard en ten westen van het Leenderbos. In Figuur 1.1 is het projectgebied weergegeven. Het beekdal is onderdeel van Natura 2000-gebied “Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux”, waar op Europese schaal belangrijke natuurwaarden voorkomen. Nederland heeft zich verplicht om de nagestreefde natuurwaarden in een ‘gunstige staat van instandhouding’ te brengen, hetgeen een verplichting inhoudt van te nemen maatregelen om de belangrijke natuurwaarden op een niveau te houden of te brengen dat met name beantwoordt aan de ecologische, wetenschappelijke en culturele eisen. De natuurwaarden in het beekdal van de Tongelreep staan onder druk door onder andere verdroging en een verhoogd stikstofgehalte. Hierdoor verdwijnen beschermde planten en dieren, welke oorspronkelijk in dit gebied aanwezig waren, langzamerhand.
In de Wet natuurbescherming zijn regels opgenomen om Natura 2000-gebieden te beschermen. Deze regels zijn vertaald in instandhoudingsdoelstellingen voor de habitattypen waarvoor het Natura 2000-gebied is aangewezen. Om deze instandhoudingsdoelstellingen te kunnen halen zijn herstelmaatregelen gedefinieerd. Deze herstelmaatregelen zijn uitgewerkt in Natura 2000-beheerplannen. In het N2000-beheerplan zijn tevens afspraken vastgelegd welke partij verantwoordelijk is voor de uitvoering van de verschillende herstelmaatregelen. Waterschap De Dommel is verantwoordelijk voor de maatregelen die betrekking hebben op het hydrologisch herstel van de natte natuur in het gehele Leenderbos.
Dit project omvat het nemen van herstelmaatregelen om de instandhoudingsdoelstellingen te waarborgen Om dit te realiseren dienen verschillende herstelmaatregelen worden genomen het Leenderbos. Denk hierbij aan peilverhoging van de Tongelreep en het dempen van sloten en greppels.
Met het versterken van de natuurwaarden en het toepassen van hydrologische herstelmaatregelen streeft het waterschap naar een meer natuurlijke, robuuste en klimaatbestendige inrichting van het Leenderbos en het beekdal van de Tongelreep.
De inrichting geeft, naast de doelen vanuit het Natura 2000-beheerplan, ook in vulling aan de doelen vanuit de Kaderrichtlijn Water (KRW), Natuurnetwerk Brabant (NNB), Natte Natuurparels en Actieplan Leven-de-Dommel. Het waterschap voert dit project samen met haar gebiedspartners uit.
In de afgelopen maanden is in nauw overleg met het gebied een Milieueffectrapportage (MER) opgesteld voor het complete projectgebied. Daarin zijn de maatregelen benodigd om de instandhoudingsdoelen te behalen en de maatregelen die we in willen zetten voor het realiseren van een “robuust” beekdal (de PLUS-maatregelen), beoordeeld op de effecten op de omgeving. Tevens is beoordeeld in welke mate de beoogde doelen bereikt worden. Hieruit is een Voorkeursalternatief PLUS naar voren gekomen dat in een Projectplan Waterwet nader is uitgewerkt.
Vanwege de omvang van het project en om de mogelijkheid te bieden voor 2021 een deel van het project te kunnen uitvoeren, worden de maatregelen zoals opgenomen in het MER in twee fases opgesplitst en daarom in twee projectplannen uitgewerkt. In voorliggend projectplan zijn de maatregelen voor de eerste en meest noordelijke fase uitgewerkt, (zie Figuur 1.1‑1). Vanwege uitgebreidere planvorming en grondverwerving kost het meer tijd om het zuidelijke deel van het plan af te ronden en volgt fase 2 dus later. Er is gekozen om de maatregelen in fase 1 apart op te nemen in dit projectplan waterwet omdat de meeste N2000 doelen (instandhouding habitats) in het noordelijk deel van het projectgebied zijn gelegen. Deze doelen dienen voor 1 juli 2021 gerealiseerd te zijn.
Binnen de planning van het project staat zorgvuldig overleg met het gebied en oog voor het huidig grondgebruik voorop. Om een totaalbeeld van de maatregelen te krijgen, wordt in dit Projectplan ingegaan op zowel de waterstaatkundige als de niet waterstaatkundige maatregelen.